Een bedrijfskundig perspectief op Tinder

February 14th, 2014

Tom Verbeek

Normaliter schrijf ik geen artikelen voor het Synjaal en zeker niets over Valentijn, maar dit jaar maak ik een kleine uitzondering. Ik verbaas me namelijk al enige tijd over een relatief nieuw fenomeen: ‘Tinder’. Het nut van Tinder is me inmiddels duidelijk, het is een ordinaire vleeskeuring, alhoewel: over smaak valt te twisten. Na zelf zo’n dertig minuten op Tinder te hebben gezeten was ik al misselijk. Het was een soort Lexa of e-darling maar dan met even veel diepgang als een pierenbadje. 

Toch heb ik me maar eens verdiept in Tinder. Wat is het verdienmodel van de app? Welke strategie heeft deze app zo populair gemaakt? En bovenal hoe ziet de toekomst van Tinder eruit? Kortom een bedrijfskundige visie op een datingsapp.

Momenteel heeft Tinder geen verdienmodel, iets wat nogal teleurstellend klinkt. Beetje bedrijfskundige had er toch een mooi verdienmodel achter geplakt. Kansen voor advertenties zijn er zat en gegeven het aantal gebruikers (1,2 miljoen in Nederland) denk ik dat een beetje marketeer wel wat advertenties kan slijten. Zeker omdat Tinder al je interessante gegevens heeft zoals je naam, geboortedatum, locatie waar je verblijft en zo kan ik nog wel even doorgaan. Gegevens waar menig bedrijf grof geld voor zou betalen. Een reclamevrije app die niets oplevert klinkt leuk, maar mijn bedrijfskundig instinct zegt dat er toch meer achter moet zitten. Vooralsnog zit er echter geen verdienmodel achter Tinder, maar de verwachting is dat Tinder te zijner tijd toch wat gaat doen met die enorme bak aan persoonlijke data die ze inmiddels op geheel legale wijze hebben vergaard. 

Dat lijkt dan ook meteen de strategie: een app opstarten die gratis, snel, leuk en voornamelijk makkelijk in gebruik is. In tegenstelling tot iedere andere datingsite hoef ik hier niet de kleur van mijn ogen in te vullen, aan te geven of ik een katten- of hondenmens ben, ook geen beschrijving van mijn ideale vrouw eruit ziet. Geen gezeur, geen moeilijke vragen,  gewoon installeren en gaan met die banaan.

Tinder is verslavend. Net zoals Whatsapp, Facebook en Twitter verslavend zijn. Voor het slapen gaan “nog even Tinderen”, wat natuurlijk gruwelijk uit de hand loopt, waarna men weer eens veel te laat gaat slapen, wat weer ten koste gaat van de productiviteit de dag erna. Verslaving is een voordeel voor dit soort bedrijven. Als je klant verslaafd is blijft hij afnemen en vaste afnemers zijn natuurlijk wat een organisatie wil, zo leert een niet nader te beschrijven marketingmodel ons. Even briljant als simpel: veel gebruikers, die veel gegevens delen en die ook nog eens gebruik blijven maken van je app. 

Tinder is inmiddels voor veel onzekere tieners en twijfelende twintigers niet meer weg te denken. Voordat ik aan Tinder begon dacht ik dat zo’n 75% van de mensen te dom was iemand in het café of op straat te zoeken en aan te spreken, inmiddels denk ik dat zo’n 98 a 99% van mijn medemensen daarvoor te stom en onzeker voor is. De meesten kiezen er toch voor om veilig vanaf een smartphone iemand te liken op Tinder, want dat is natuurlijk veel makkelijker dan op iemand afstappen in real life. Maar hoe weet je dan of die klik er is waar je naar zoekt? Laat staan of je een potentiële Valentijnsdate gevonden hebt. 

Met programma’s als Whatsapp, Tinder en Snapchat hoeven we ons geen zorgen te maken dat de medemens té sociaal wordt. Gelukkig zijn sociale aspecten bij de universitaire bedrijfskunde student van groot belang en ik ben er daarom vrij zeker van dat ik weinig tot geen bedrijfskundige studentes zal tegenkomen tijdens mijn Tindertocht.