Het ene moment zit je in een klein gebouw met misschien twintig andere studenten in de klas, het volgende moment op een gigantische campus met 20.000 studenten, hoe groot is de stap?
Het is weer zover. De eerste tentamenweek van het jaar zit erop. Voor de eerstejaars onder ons de tentamenweek van ons leven. Juan en Jarno blikken hierop terug.
De minder leuke verrassing hierbij was dat we weliswaar een leger rooster hadden, maar ook een vollere agenda. Lastigere colleges, dikke boeken en eindeloze opdrachten waren geen uitzondering. Tevens werd het 'academische Engels' geïntroduceerd, waardoor artikelen lezen geen wandeling in het park meer was en waarbij onze middelbare opleiding niet meer dan een briesje in de rug gaf.
Op woensdag
en vrijdag hadden we dan de tentamens. We zaten op opklapstoeltjes en aan
opklaptafeltjes in de muffe sporthallen, wat ons deed denken aan de eindexamens
op de middelbare school. De tentamens hadden sowieso wel wat weg van de
eindexamens. Het verschil was alleen dat het proefwerk niet over uitvoerig
behandeld driejarige stof ging, maar over vlug doorgespitte stof gedurende acht
weekjes.
En na het weglopen uit die overvolle gymzaal met ofwel een triomfantelijk ofwel een benauwd gevoel is daar de spanning voor de uitslag. Net als vroeger wordt er weer uitgebreid gekakeld over die vitale open vragen of die tricky meerkeuzevragen. Niemand weet het zeker, iedereen is verontrust. Het beste wat we kunnen doen, is het beste hopen, zelfverzekerd het nieuwe blok ingaan en misschien toch iets beter leren deze keer.
Dus is de stap van de toetsen op de middelbare school naar de universiteittentamens een grote? Ja zeker: alles is groter, dikker en tijdrovender. Maar als het om 'keihard leren', uitstellen en stressen gaat, is er helemaal niets veranderd.